Het hele jaar door vind je Herman Aalderink (63, adviseur specialistische milieutaken) op de afdeling Ruimtelijke Ordening van de gemeente Hengelo. Naast zijn werk vind je Herman vaak op de fiets, tot in Spanje aan toe.
Als adviseur voor de gemeente Hengelo heeft Herman zijdelings te maken met het fietsbeleid. Dat betekent niet dat hij er geen mening over heeft: ‘Ik merk steeds meer dat ik veel moeite heb met de centrale rol die de auto inneemt bij de inrichting van de openbare ruimte. Als eyeopener zou ik het boekje ‘Het Recht van de Snelste’ dan ook aan iedereen aanbevelen.’
Herman kan het weten. Sinds vier jaar reist hij op de fiets door Europa. Het begon in 2017 naar Spanje. Hij fietste maar liefst 5.000 km tot Sevilla en terug tot aan Montpellier. Daar moest hij noodgedwongen afstappen omdat zijn vakantiedagen op waren. Het jaar daarop volgde een rondje Duitsland, daarna een trip naar Italië en afgelopen voorjaar kon je hem opnieuw in Spanje tegenkomen.
Herman begon in 2017 vrijwel ongetraind aan zijn tocht. ‘Speciaal voor de reis kocht ik een nieuwe fiets. Geen bijzondere lichtgewicht, ‘gewoon’ een degelijke toerfiets, maar wel met een Rohloff naaf met 14 versnellingen. Daarmee ben ik – om hem uit te proberen – een paar keer de Holterberg over gefietst. Maar echt trainen? Nee, ik ben gewoon gaan fietsen.’ Achterop gingen twee fietstassen. Een voor de tent en slaapzak. De ander voor kleding. Aanvankelijk had hij ook nog twee tassen voorop. Maar die heeft hij halverwege teruggestuurd naar huis: ze bleken te veel en te zwaar.’
Onmisbaar onderweg waren ‘de boekjes van Benjaminse’. Onder fietsers veelgebruikte routegidsen langs kleine, niet al te steile wegen. ‘Zo reed ik in Frankrijk op een prachtig fietspad langs de Rhône van 200 km lang. In Spanje besloot ik een stukje van de route af te wijken. Dat had ik beter niet kunnen doen: ik belandde in een desolaat gebied dat veel steiler was dan verwacht. Als dan ook het bereik van je telefoon wegvalt, ben je enorm op jezelf aangewezen. Dat heb ik als behoorlijk intens ervaren.’
Goed om te weten: in Spanje zijn er de zogenaamde Via Verdes dat letterlijk ‘groene wegen’ betekent. Het zijn voormalige spoorwegen waarbij de rails zijn vervangen door gravel of soms asfalt. De omgeving is vaak prachtig. Waar de dalen te diep zijn, fiets je over spoorbruggen, waar de bergen te hoog waren, fiets je door spoortunnels.
‘Natuurlijk’, vertelt Herman, ‘verloopt een dag wel eens anders dan gepland. Maar ook dan komt het goed. Zo bleek een hotel in Spanje ineens niet meer te bestaan. Nu zijn Spanjaarden niet erg toeschietelijk, maar als je ze vraagt blijken ze erg behulpzaam. Zo is er die bewuste nacht, speciaal voor mij, een jeugdherberg opengegaan en kon ik kiezen uit maar liefst 25 bedden. Een andere bijzondere ontmoeting in een klein dorpje liep uit op een Twents onderonsje. In een cafeetje werd ik aangesproken door iemand die jarenlang in Goor had gewoond/gewerkt. Ik moest en zou ook de dochter van een overleden vriend van hem ontmoeten: een dame die tot haar 25ste in Enschede had gewoond. Dat is best hartverwarmend.
Warm aanbevolen dus?
‘Jazeker. Ik wil voorlopig geen andere vakantie meer. Maar als je kiest voor een fietsvakantie naar Spanje moet je wel van klimmen houden en tegen warmte kunnen!’
Leestip: Het recht van de snelste
De auteur, Thalia Verkade, werkt o.a. voor de NRC en als verslaggever Mobiliteit & Straatleven voor De Correspondent (B). In ‘Het recht van de Snelste’ gaat ze samen met wetenschapper Marco te Brömmelstroet op zoek naar een antwoord op de vraag: van wie is de straat? Ze ontdekken dat het verkeer onze publieke ruimte heeft overgenomen – en laten zien dat een radicaal andere inrichting mogelijk is.
Het boek, dat in 2021 is bekroond met de Brusseprijs, is o.a. te koop via de site van De Correspondent